Verborgen schoonheid

19 september 2014 - Capitol Reef National Park, Utah, Verenigde Staten

Dag 7: 

Vanmorgen moeten we haastig ontbijten, want we hebben al om 8 uur een afspraak met Shawn Saunders van de Backcountry Outfitters in Torrey. Via e-mail heb ik met hem een tour door Cathedral Valley geregeld waarbij we in vier uur alleen dat stuk van het dal bekijken dat Erik en ik nog niet gezien hebben. Erik vindt het onzin dat we dat met een gids gaan doen, maar we moeten hierbij door een rivier rijden en onze huurauto is hier niet tegen verzekerd. Iets voor achten staan we dus voor het kantoor van de outfitters. Om acht uur komt een vrouw aanrijden. Zij is niet op de hoogte van de afspraak, maar belt Shawn en vraagt om opheldering. 

DSC_6397DSC_6398DSC_6400DSC_6401

Shawn is nog thuis, maakt duizend excuses en zal zo snel mogelijk naar ons toe komen. Het duurt nog minstens een kwartier voor hij arriveert. Hij lijkt op een rasechte Engelsman en totaal niet op een cowboy.

DSC_6402DSC_6408DSC_6410DSC_6412

We spreken af dat we met onze eigen auto ongeveer 20 km meerijden tot het begin van Cathedral Valley. Daar parkeren we de auto en stappen in de jeep van Shawn. Al na een paar honderd meter zijn we bij de River Ford. Die is niet erg diep, maar erdoorheen rijden is toch wel wat avontuurlijker dan Erik had gedacht. Er liggen veel grote keien aan de overkant. We rijden nu op de Hartnet Road. Het eerste stuk van deze backroad is erg ruw en ongelijk. We gaan door een vlak en weids gebied met weinig planten. Wel zie ik overal mooie geelbloeiende struikjes. Volgens Shawn is het rabbitbrush. Hij is hier allergisch voor en slikt zelfs een pil omdat hij er last van heeft.

DSC_6413DSC_6416 (165)P1020391DSC_6417

Na korte tijd bereiken we de prachtige Bentonite Hills. Deze hebben we bij ons vorige bezoek ook gezien, maar aan deze kant schijnen ze nog mooier te zijn. De Bentonite Hills zijn uit ronde, gestreepte heuvels met zachte contouren in verschillende afwisselende tinten van bruin, rood, paars, grijs en groen. Ze bestaan uit klei die gevormd is uit vulkanisch as. Deze bentoniet klei absorbeert water en wordt zeer glad als het nat is. Het weer ziet er nog goed uit, maar in de verte hangen donkere wolken. Hoe verder we rijden, hoe mooier de heuvels worden. Bij de mooiste punten stoppen we en stappen we uit.

P1020390DSC_6418 (167)DSC_6420DSC_6423

Na 22 km komen we bij de Lower South Desert Overlook. Dit is het punt dat Erik per se wilde zien. Het is dan ook erg indrukwekkend. In een weids, leeg en verlaten landschap staat een prachtige monoliet die Jailhouse Rock heet. Met een hoogte van ongeveer 150 meter is dat een van de grootste die je in Cathedral Valley kunt zien. Vanaf de parkeerplaats lopen we 400 meter naar het uitkijkpunt. Ongeveer 150 meter beneden ons zien we de lange, smalle South Desert. De vallei loopt parallel aan de Waterpocket Fold. De restanten van een oude weg uit de jaren vijftig zijn nog duidelijk te zien.

DSC_6434DSC_6424DSC_6429 (178)DSC_6432

Je kunt hier een korte afstand lopen naar een punt waar je de Temple of the Sun en de Temple of the Moon kunt zien. Helaas weten wij dat niet en Shawn zegt er niets over. Uit zijn verhalen blijkt wel dat hij al langere tijd niet meer hier is geweest. Zijn specialiteit ligt elders. Hij zegt dat we beter niet verder kunnen gaan, want dan kunnen we nooit meer op tijd zijn voor onze afspraak met Wilfred. Dat vinden wij wel jammer, want hij hadden nog graag naar de Upper South Desert Overlook gegaan. 

DSC_6442DSC_6444DSC_6446DSC_6447

We keren dus om en rijden dezelfde weg terug. Boven de Henri Mountains hangt een donkere wolk, die nauwlettend door Shawn in de gaten wordt gehouden. Hij vertelt dat er bisons in deze bergen zitten en dat zijn bedrijf een prachtige excursie daarnaartoe aanbiedt.Bij het spectaculairste gedeelte van de Bentonite Hills stoppen we weer. 

DSC_6451DSC_6456DSC_6458DSC_6461

Erik en Shawn klimmen boven op een hoge heuvel en maken allebei foto’s. Als we weer in de auto zitten neemt Shawn voor de afwisseling een zijweggetje. Even later heb ik bijna zweet in mijn handen. We hotsen nu met de auto over een bar slecht wegdek. Zelfs Shawn begint zich achter de oren te krabben. Ik ben dan ook opgelucht als we weer op de ‘normale’ weg terugkomen. 

DSC_6462DSC_6464DSC_6467DSC_6469

Bij de River Ford laat Shawn Erik uit de auto stappen om hem de gelegenheid te geven foto’s te maken. Daarna gaan we weer door de rivier en is onze excursie ten einde. Heel erg mooi, maar helaas te kort.

DSC_6471DSC_6472DSC_6473DSC_6476

Erik en ik stappen weer in onze eigen auto en rijden verder door deze weinig bezochte streek. De omgeving wordt gekenmerkt door vlaktes met schaars gras en af en toe struiken, een beetje oplopend tot golvende grijze badlands rond een paar afgeplatte heuvels van oranjebruine zandsteen.  Je ziet hier een aantal van de meest vreemde en kale terreinen in de staat waarbij je het idee krijgt dat je op de maan verdwaald bent. Factory Butte is het meest herkenbare kenmerk van dit grimmige, onvruchtbare gebied.  

DSC_6478DSC_6481 (230)DSC_6484DSC_6489

Wij willen Factory Butte ook nog van dichtbij bekijken en van hieruit kan Erik goed in de gaten houden of de groep van Wilfred al arriveert. Als we pas vijf minuten hier staan, ziet Erik twee auto’s die volgens hem zeker van de anderen zijn. En inderdaad. Ze zijn het. Ze zijn iets later omdat de meesten van hen Highway 12 voor het eerst zagen en op veel plaatsen wilden stoppen.

DSC_6493DSC_6501 (250)DSC_6503DSC_6509 (258)

Op weg naar Goblin Valley State Park zien we een restaurant langs de weg. Iedereen vindt het een goed idee om hier wat te gaan drinken. Het is een leuk oponthoud. Iedereen kan wel iets van zijn gading op de kaart vinden. Goblin Valley is net zo mooi als andere parken, maar op een veel kleinere schaal. Het park ligt ver van een stad van betekenis en is bereikbaar via een nieuw aangelegde weg. De vallei, die slechts ongeveer een mijl breed en twee mijlen lang is, bevat duizenden paddenstoelvormige pinakels of hoodoos die men kennelijk op goblins (groteske dwergen) vond lijken.

IMG_3919DSC_6521 (270)DSC_6529 (278)DSC_6540

We komen eerst langs een groep van drie hoodoos op de top van een smalle richel, omringd door vlak, met gras begroeid terrein dat zich vele mijlen uitstrekt. We kopen een kaartje bij een slome parkwachter en dalen af in de vallei. Zoals de meeste mensen lopen wij gewoon rond in het dichtst met goblins bezette gedeelte van de vallei. Later lees ik dat dit gebied niet het meest interessant is omdat alle hoodoos hier in grootte en vorm vergelijkbaar zijn; de formaties zijn meer gevarieerd in een ravijn naar het zuidoosten: groter, dichter bij elkaar en met meer complexe vormen. Het is weer enorm heet en ik begin me zorgen te maken over de hike door de slotcanyon die nog op ons programma staat. Voordat we hiernaartoe gaan, vragen we nog een kaart van deze Little White Horse Canyon aan de bijzonder ongeïnteresseerde parkwachter. Ik vraag hem of er schaduw is op de hike en hij zegt: “It’s a canyon.”

DSC_6533 (282)DSC_6537DSC_6538DSC_6551 (300)

Een van de laatste delen van het zuidoosten van Utah dat nog niet door wegen is ontsloten, is de San Rafael Swell. Dit is een enorme rotskoepel die 3.000 meter boven de omliggende woestijnen uitsteekt. Aan de zuid- en oostgrenzen van de Swell zijn de blootgevallen gesteentelagen bijna verticaal gekanteld en vormen een zeer opvallend kenmerk: San Rafael Reef. De 244 meter hoge wanden van het rif vormen een barrière die het binnenste deel van de koepel beschermt. Little Wild Horse Canyon loopt als een zaagsnede door het rif en vormt samen met Bell Canyon een van de vele paren korte, smalle canyons in de zuidoostelijke hoek van San Rafael Reef.

DSC_6559 (308)DSC_6571 (320)DSC_6572DSC_6573 (322)

We rijden een stukje dirtroad en parkeren de auto bij het trailhead van de canyons. Eerst lopen we door een droge wash, die slingert tussen steeds hoger wordende rotsen, tot het pad versperd wordt door grote rotsblokken van een drooggevallen waterval. Het vergt enig klimwerk om daaroverheen te komen. Twee andere hikers met een hond hebben een boek van Laurent Martres bij zich waarin beschreven staat hoe we via een omweggetje zonder te klimmen verder op de wash kunnen komen. De vrouw leest het hardop voor, zodat wij het ook kunnen horen. Als we weer op de wash zijn, gaan zij weer terug. Hun hond voelt zich hier niet happy.

DSC_6587 (336)DSC_6585 (334)DSC_6568 (317)DSC_6576 (325)DSC_6595

Na een kort stukje lopen, komen we bij een kruispunt. Voor onze hike moeten we de rechter afslag kiezen. De linker gaat naar Bell Canyon. Wat Little Wild Horse Canyon van andere slot canyons onderscheidt, is de lengte van de Narrows (meer dan 1,6 km). Een paar keer verbreedt de canyon zich en denk je dat de Narrows voorbij zijn. Maar voorbij de volgende bocht begint het allemaal opnieuw. Af en toe komen we terecht in een licht breder stuk met verticale banden van zandsteen. Hoog boven ons zien we de blauwe lucht en er speelt zonlicht over de muren. Hierdoor is de canyon niet donker en somber. De rotswanden hebben overal vloeiende lijnen, waardoor een gevoel van beweging ontstaat.

DSC_6574 (323)DSC_6575 (324)DSC_6577 (326)DSC_6583 (332)

 

DSC_6651DSC_6592 (341)DSC_6599DSC_6604DSC_6628DSC_6630

Het grootste deel van de Narrows doorsnijdt de Navajo zandsteen formatie, maar de laatste halve kilometer loopt door de Kayenta formatie. Deze zandsteen heeft zijn eigen Narrows, die totaal verschillend is van die door de Navajo zandsteen. De rood-gelaagde zandstenen muren zijn veel lager en vol gaten, zoals Zwitserse kaas.

DSC_6589 (338)DSC_6621DSC_6632DSC_6637 (386)

Als we in een heel open stuk terechtkomen met struiken, nemen we dezelfde weg terug. Vanaf deze kant ziet de canyon er weer anders uit, maar even mooi.

DSC_6642DSC_6650 (399)DSC_6659DSC_6660DSC_6666IMG_3996

Het is al laat geworden als we richting Moab rijden. Hier blijven we drie dagen. Erik en ik hebben een kamer in de Rustic Inn. We zitten helaas op de eerste verdieping, maar wel vlak bij een buitentrap. Het is een tamelijk mooie kamer met een klein keukentje. We gaan naar de City Market en kopen groenten, kip en vooral ook frappucino. Die heb ik onderweg gemist. Op onze kamer maakt Erik een salade, voor hem met gewone kip en voor mij met gerookte kip. Lekker. We gaan vroeg slapen.

DSC_6640DSC_6664IMG_4045DSC_6697 (446)

Foto’s